Particuliere beleggers stoppen hun geld weer massaal in vastgoedfondsen, constateert het Financieele Dagblad. Beleggen in (huur)woningen levert dan ook veel meer rendement op dan een spaarrekening.
“Veel mensen zijn op zoek naar een veilige belegging die toch wat oplevert”, zegt hoogleraar vastgoed Piet Eichholtz van de Maastricht University daarover in het FD. “Staatsobligaties zijn veilig, maar leveren niks op. Met aandelen kun je misschien wel geld verdienen, maar dat vinden mensen erg onzeker. Vastgoed vult die leemte. Zeker huurwoningen, die als minder risicovol gelden dan kantoren of winkels. Daardoor lopen die fondsen weer.”
Dergelijke vastgoedfondsen waren razend populair voor de crisis, maar toen die eenmaal was uitgebroken kwamen ze diep in de problemen. Er werden geen rendementen meer uitgekeerd en beleggers mochten blij zijn als ze sowieso nog iets van hun inleg terugzagen.
‘Goed je huiswerk doen’
Nu particuliere beleggers de vastgoedfondsen weer weten te vinden, waarschuwt Eichholtz goed op te letten of de vastgoedobjecten in de fondsen niet van tweede garnituur zijn: “Veel van die zogenaamde semiprofessionele beleggers denken: die meneer heeft een net pak aan, rijdt in een nette auto en kan goed golfen, het zal wel goed zijn. Dus niet. Je moet echt je huiswerk doen als belegger.”
De vastgoedfondsen zeggen volgens het FD zelf ook geleerd te hebben van de crisis en nu minder te werken met geleend geld. Ook zetten ze bij alle leningen de huidige lage rente langjarig vast en richten ze zich nog meer dan voorheen op huurwoningen, die gelden als de veiligste belegging.
Maar feit blijft dat als het slecht gaat met de woningmarkt, het ook slecht gaat met beleggingen in vastgoed. Een vastgoedfonds is nu eenmaal geen spaarproduct, dus tegenover het veel hogere rendement blijven ook altijd nadrukkelijke risico's bestaan.